- 1 Leg de kipfilethaasjes op een snijplank en bestrooi ze aan beide kanten met zout en peper. Leg op elk haasje 2-3 blaadjes salie. Wikkel elk haasje in een plakje ham, zorg ervoor dat de blaadjes goed vastzitten onder de ham. Snipper de sjalot en pers de citroen uit.
- 2 Verhit de olie in een ruime koekenpan en bak de haasjes ca. 5 min. op een middelhoge stand. Keer ze halverwege. De parmaham moet knapperig zijn en de kip lichtbruin. Schep de haasjes uit de pan op een bord.
- 3 Verhit in dezelfde pan de boter. Voeg de sjalot toe en fruit deze een paar minuten. Voeg het citroensap en de wijn toe en breng het mengsel aan de kook. Laat een paar minuten koken, zodat de saus iets indikt.
- 4 Zet de warmtebron op een lage stand en leg de kipfilethaasjes terug in de pan. Verwarm nog een minuut mee.
- 5 Serveer de kipfilethaasjes met de saus erover.